De bv wint terrein van de eenmanszaak

De kans is groot dat veel eenmanszaken de komende jaren overstappen naar een bv-vorm. PM-adviseur Martin Post vertelt je hoe dat komt.

Onder de noemer ‘Werken aan winst’ voerde het kabinet in 2007 de mkb-winstvrijstelling in. Die vrijstelling kwam naast de al bestaande zelfstandigenaftrek van € 7.280 per jaar (voor ondernemers voor de inkomstenbelasting). Ze bedraagt 14% van de winst, na aftrek van de zelfstandigenaftrek. En wat meer is: de mkb-winstvrijstelling is onbeperkt. Of je nu € 10 winst maakt of € 500.000, de aftrek blijft 14% over de gehele winst. Als gevolg hiervan is de bv als rechtsvorm een stuk minder interessant geworden. Maar dit gaat veranderen.

Aftrekbeperking

Den Haag is druk bezig om de kloof tussen werknemer en ondernemer kleiner te maken. Hiervoor heeft het kabinet een aantal maatregelen getroffen. De eerste is de beperking van de zelfstandigenaftrek. In 2021 bedraagt deze nog € 6.670. Dit wordt stapsgewijs afgebouwd naar € 3.240 in 2036. Dat lijkt nog ver weg, maar deze verlaging zal een behoorlijke impact hebben.

Toch klinkt dat vreemd. Want de verlaging van de zelfstandigenaftrek valt immers in het niet bij de oneindig oplopende mkb-winstvrijstelling. Dus waarom zou deze ingreep de bv dan interessanter maken?

Dat is het gevolg van een ándere maatregel die voor nagenoeg de hele box 1 in de inkomstenbelasting is ingevoerd. En dat is: de beperking van bijna alle aftrekposten in deze box – waaronder óók de bewuste zelfstandigenaftrek én de mkb-winstvrijstelling.

Stijging van de heffing

Om de impact hiervan te laten zien, gaan we eerst een klein stapje terug. We beginnen bij de huidige tarieven in de inkomstenbelasting. Sinds kort kent deze belasting in de basis nog maar twee tarieven:
37,10% tot € 68.507.
49,50% over het meerdere.

Als we nu even rekenen met de net genoemde aftrekbeperking, zien we het volgende: als jouw inkomen boven de € 68.507 komt en je recht hebt op aftrek van bijvoorbeeld de rente op een eigenwoningschuld, dan kun je deze rente niet langer tegen 49,50% aftrekken, maar in 2021 tegen maximaal 43%. Deze aftrekbeperking gold al voor de kosten voor de eigenwoningschuld, maar is nu verder uitgebreid. En de aftrekbeperking daalt de komende jaren verder tot maximaal het lage tarief in box 1, op dit moment dus 37,10%. Wat is hiervan nu het effect? Dat laat ik je zien in een voorbeeld. 

Voorbeeld eenmanszaak
Stel: je winst uit onderneming bedraagt in 2021 € 95.000. In het verleden ging hier eerst de zelfstandigenaftrek van € 7.280 af en vervolgens nog 14% mkb-winstvrijstelling. Er bleef dan een belastbaar bedrag over van € 75.439. Hierover was je (zonder rekening te houden met heffingskortingen) € 28.847 aan inkomstenbelasting verschuldigd.

Als we nu uitgaan van de situatie in 2021 – met een zelfstandigenaftrek die gedaald is naar € 6.670 én met de aftrekbeperking – dan stijgt de heffing naar € 30.345. Een stijging van € 1.498. Kijken we nog twee jaar verder, naar 2023, dan stijgt deze heffing nog eens met € 1.248. 

Voordeel voor de bv

En dat brengt ons bij de bv. Tegenover de net genoemde maatregel staat namelijk een dáling van het tarief van de vennootschapsbelasting. Deze daalt in de eerste schijf met 5%, naar 15%. De eerste schijf is bovendien opgerekt van € 200.000 naar € 245.000.

Laten we het net genoemde voorbeeld er weer bij pakken. Als we dat vergelijken met het inbrengen van de onderneming in een besloten vennootschap, dan kunnen we een vergelijking maken op basis van de totale belastingdruk. Zoals je hier kunt lezen, moeten we dan wel rekening houden met het gebruikelijk loon dat je als directeur van de bv moet opnemen. 

Voorbeeld besloten vennootschap
Stel: de winst vóór aftrek van jouw salaris bedraagt de eerder genoemde € 95.000 en het salaris moet vastgesteld worden op € 65.000. We houden in dit voorbeeld ook rekening met de heffingskortingen. De acute belastingdruk wanneer je vanuit een eenmanszaak werkt, bedraagt dan € 33.050. In het geval van een bv is dit € 29.110. Een duidelijk voordeel voor de bv dus.

Het verschil is wel dat de winst van de bv na aftrek van salaris – de € 30.000 – niet vrij te besteden is in privé. Als je hier vrij over wilt beschikken, moet je hier nog € 6.850 aan belasting over voldoen. In dat geval is de eenmanszaak nog wel voordeliger.

Maar de vraag is of je dit geld privé wilt gebruiken of dat het binnen de onderneming nodig is om te investeren. Als het vastgestelde salaris ongewijzigd blijft, ligt het kantelpunt voor eenmanszaak of bv nu op circa € 140.000 voor 2021. Door de wijzigingen in het aankomende jaar zal dit kantelpunt steeds verder dalen.

Afhankelijk van je situatie
Natuurlijk hangt het sterk van je situatie af of een bv daadwerkelijk aantrekkelijker is dan een eenmanszaak. Daarbij speelt niet alleen het fiscale belang. Zo kan het ook het beperken van risico's hierin een belangrijke rol spelen. Maar het is duidelijk dat het punt waarop een bv fiscaal aantrekkelijk wordt, een stuk lager ligt en nog lager gaat worden. Ik verwacht dan ook een stijging van het aantal bedrijven dat vanuit de bv gaat ondernemen.

Wil jij weten of een bv voor jou aantrekkelijk is? Dan kun je uiteraard contact met ons opnemen om dit samen te bespreken.

< terug naar overzicht